De eerste koning van Shannara speelt 500 jaar voor de gebeurtenissen in het eerste Shannara-boek, Het Zwaard van Shannara. Verbijsterd door het misbruik van magie tijdens de Grote Oorlogen hebben de Druïden van Paranor besloten zich geheel te wijden aan het bestuderen van de oude wetenschappen. Alleen de druïde Bremen en een aantal van zijn getrouwen houden zich nog bezig met magie, waarvoor hij uiteindelijk wordt verbannen. Met een handvol getrouwen gaat hij op zoek gaat naar de Zwarte Elfsteen. Deze magische steen kan gebruikt worden om er een zwaard van te smeden dat de elfenkoning Jerle Shannara kan gebruiken om de duistere tovenaar Tovervorst mee te verslaan, die in het geheim zijn strijdkrachten heeft verzameld en nu oprukt vanuit het Noordland.